De ideale schoonzoon

Geplaatst: 30 juni 2010 in Uncategorized, wk voetbal
Tags:, ,

Hoewel ik er samen met m’n  Bavaria-babe op de bank toch helemaal klaar voor was, schittert deze sportliefhebber  pur sang op driekwart van de race, geheel tegen z’n gewoonte, voornamelijk door afwezigheid. Slechts zes, voornamelijk armetierige,  potjes in die poenige stadions heb ik voor de volle negentig minuten uitgezeten. Waaronder die vier van ‘onze jongens’ natuurlijk. Maar over het algemeen overheerst een doffe berusting bij de plichtmatige tikkies in de breedte, de inschuivende backs en de terugvallende spitsen. En de onvermijdelijke doodschoppen natuurlijk. Weinig punten van de ruit naar voren gezien trouwens. Het zal de grote hoogte wel zijn waarop regelmatig gespeeld wordt. 
Maar gelukkig hebben we Dirk. 
De reformatorisch geschoolde en immer correcte Katwijkse  teamspeler met het karakteristieke vijftigerjarenkapsel en bijbehorende kromme voetbalpoten over wie met de beste wil van de wereld maar niks lulligs te melden valt. Als Bert van Marwijk al een hoerenjong zou zijn, Dirk zul je er niet over horen. 
Ik hou al jaren van Dirk. Recht toe recht aan. Zonder opsmuk. Werkt zich het leplazarus in dienst van de zwaar over het paard getilde Sneijdertjes en Van Persietjes. Zonder hem kunnen we dat kampioenschap wel shaken. 

Afgelopen jaar sneuvelden ze bij de totale zuivering van de zolderverdieping. Die onvergetelijke Kick Wilstra-boekjes, geïllustreerd en geschreven door Henk Sprenger. Zonder uitzondering eerste drukken, dus nu vermoedelijk een vermogen waard. Ruim een halve eeuw zorgvuldig bewaard. In een ultieme vlaag van medemenselijkheid schonk ik ze weg aan de plaatselijke kringloop. En ik neem zonder meer aan dat het voor het merendeel zwakbegaafde personeelsbestand voorlopig onbezorgd door het leven trekt van de revenuen. Hoe ik ze bij mekaar heb weten te sparen, is me een raadsel. De uiterst karige hoeveelheid zakgeld die ons toegemeten was,  gaf daar geen enkele aanleiding toe. Maar ik had ze allemaal. Die boekjes. Stukgelezen. 
Als je in een vroeg stadium al doordesemd bent van de wetenschap dat het van een eigen glanzende voetbalcarrière nooit zal komen, is het wegdromen bij zo’n serie heldenverhalen een prachtige compensatie. 
Helden. Kick Wilstra was er één van. De wondermidvoor . Het was de tijd dat voetballers een korte lange broek en shirts met V-hals met touwtjessluiting droegen. Voetbalschoenen werden kicksen genoemd. De voetbal was nog niet zo’n lullige jabulani maar een lederen bal met een veter: ‘het bruine monster dat het net deed bollen’. Het was de tijd dat op zondag vader met een hoed op, het mooie pak en de lange jas aan en de strik voor naar het voetbalveld ging. Men leefde voor het gezin en het voetbal. Een tijd waarin het spel nog sportief was. 
En het geweld zinvol. (..) 
In schoolelftallen was het onmiddellijk al kassa, waarna hij zich kon opmaken voor het grote werk. Toen kwam helaas die verrekte oorlog er tussen en vluchtte hij met enkele vrienden naar Engeland, waar hij als amateur in het profelftal van Malton-Rovers terecht kwam! Na de oorlog, jazeker, was hij als ingenieur betrokken bij de wederopbouw van Nederland. Pas na talloze verleidelijke aanbiedingen en zonderlinge ervaringen tekende hij voor het Italiaanse Titan. Hij werd de eerste Nederlandse profvoetballer. Ook in Italië lustten ze wel pap van zijn slimme passeertrucjes, onberekenbare boogballen, glaszuivere passes en formidabele ingooien.  Maar door alle boekjes heen spoelde  vooral zijn sportieve gedrag, waardoor hij een voorbeeld was voor allen, in volle glorie mijn jongenskamer in. 
Kortom: de ideale schoonzoon. 

Vorig jaar bladerde ik op m’n langzaam leeg rakende zolder de boekjes vluchtig door. Met de kennis van nu viel me de clichématige aanpak van Sprenger op waar ik als kind natuurlijk geen oog voor had. En terecht. Sprenger, zag ik, is vooral een goeie tekenaar geweest. 

Als ik Dirk in de weer zie, die qua voetbalcapaciteiten in de verste verte niet kan tippen aan mijn jeugdheld, dringt zich steevast die vergelijking op. Dat onbaatzuchtige. Dat sportieve. Die gele kaart die hij deze week aangesmeerd kreeg, lijkt natuurlijk nergens naar. 
Dirk hoort bij mijn jongensjaren. 
Ik koester hem. 
De ideale schoonzoon. 

Eerdere bijdragen in dit genre: 

2007: Een jeugdherinnering  Ik heb Frans de Munck aangeraakt 

2008: Bij het EK voetbal  Als de sodemieter dat grut van de grasmat 


http://www.vkblog.nl/bericht/323011/De_ideale_schoonzoon

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *